De schematherapie gaat ervan uit dat er vaste patronen zijn van denken, voelen en doen die meestal in de kinderjaren zijn ontwikkeld en kent specifieke technieken om deze te herkennen en te doorbreken. Iedereen heeft een bepaalde manier waarop hij/ zij naar zichzelf, de ander en de wereld om zich heen kijkt. Wanneer dit leidt tot langdurige vaste patronen van voelen, denken en handelen, is er sprake van een gevoelige snaar (=schema). De meeste mensen hebben meerdere gevoelige plekken  die van tijd tot tijd tegelijk kunnen opspelen. Wanneer een of meerdere schema’s geraakt worden, kunt u in een bepaalde gemoedstoestand (modus) terechtkomen. Een modus kenmerkt zich door bepaalde (intense) emoties en bepaalde gedragingen. Veel schema’s en modi zijn in de (vroege) jeugd ontwikkeld in contact met andere mensen. Schematherapie kan een goede behandeling zijn wanneer  u het al langere tijd moeilijk vindt
om met uw  gevoeligheden  en gemoedstoestanden om te gaan en hierdoor problemen krijgt met relaties, werk of studie en met klachten die steeds opnieuw terugkomen.